Stemwijzer houtrook: weet u al wat u gaat stemmen morgen? Lees hier de samenvatting van het houtrook-debat in de Tweede Kamer om er achter te komen hoe de partijen tegenover houtstook staan.
Woensdagavond 16 januari vond een dertigledendebat over de uitstoot van houtkachels plaats, zoals op 13 maart 2018 verzocht door de Partij voor de Dieren (PvdD). Een dag eerder stuurde Stientje van Veldhoven, staatssecretaris I&W, een brief over haar beleidsvoornemens naar de Kamer.
De staatssecretaris zet in de Kamerbrief uiteen dat maar liefst de helft van de mensen aangeeft weleens last te hebben van houtrook en 10% van de bevolking een stookverbod wil. Ook geeft het RIVM aan dat fijnstof uit houtrook even schadelijk is als uit andere bronnen, zoals verkeer. Volgens het RIVM is het daarom raadzaam om emissies van verbranding, van welke bron dan ook, te beperken, aldus de staatssecretaris.
Desalniettemin is een “categorisch verbod van houtstook – zoals sommige mensen willen” wat van Veldhoven betreft “niet aan de orde”. Samengevat werkt zij aan drie beleidslijnen:
• strengere eisen aan de uitstoot van houtkachels (versnelde invoering EcoDesign-richtlijn om het risico op dump van extra vervuilende kachels tegen te gaan),
• voorlichting gericht aan de stoker (stooktips en vrijwillige stookwijzer) en
• een meetprotocol door TNO om ernstige overlast lokaal aan te kunnen pakken.
Tot slot zal dit jaar, zoals aangegeven in het Ontwerp Klimaatakkoord, een evaluatie plaatsvinden van de wenselijkheid van de ISDE (investeringssubsidie duurzame energie) voor kleine biomassa-verbrandingsinstallaties, ofwel pelletkachels en kleine biomassaketels. Dit onderzoek zal volgens de staatssecretaris medio 2019 gereed zijn.
Dertigledendebat Tweede Kamer over gevaren uitstoot houtkachels
Eerste spreker Christine Teunissen (PvdD) constateert dat veel mensen denken, onder invloed van subsidies en reclame, dat houtstook een duurzaam alternatief is voor aardgas. “Maar dat hout stoken schoon kan, is een roetzwart fabeltje.”
Er komt aanzienlijk meer CO2 vrij dan bij het stoken van aardgas, aldus Teunissen. Ook komen er vele schadelijke en kankerverwekkende stoffen vrij, zoals fijnstof, roet, benzeen, koolmonoxide en PAK’s: “Het zijn niet te vermijden ongezonde deeltjes die als sluipmoordenaar je lichaam in komen.”
Daarnaast verwacht de Partij voor de Dieren weinig heil van de Ecodesign-richtlijn voor nieuwe houtkachels: “Zelfs de Ecodesign-kachels zijn allesbehalve schoon in vergelijking met zon, wind en warmtepompen. In de praktijk stoten ze tien keer zoveel uit als in het lab. Krijgen we na de sjoemeldiesel ook de sjoemelkachel?”
Verder merkt Teunissen op dat waar de Gezondheidsraad en het Longfonds vragen om actieve ontmoediging van houtstook, de overheid volgens Teunissen het tegenovergestelde doet: “Het kabinet subsidieert pelletkachels en biomassaketels voor respectievelijk € 500 en € 2.500.” De PvdD roept dan ook op de “subsidie en promotie van houtkachels zo snel mogelijk te stoppen”, om af te sluiten met het verzoek om ook vreugdevuren onder de loep te nemen.
Volgens Tom van der Lee (GroenLinks) leidt houtrook “lokaal tot onaanvaardbare overlast en gezondheidsschade”. Een goede kachel gebruiken, goed hout stoken en niet stoken bij ongunstig weer geeft al “een enorm verschil in uitstoot”, aldus GroenLinks. Bestaande wetgeving is niet eenduidig en ontoereikend. Van der Lee ziet daarom graag structureel beleid met een jaarlijks overzicht van de voortgang.
De partij is blij met de versnelde invoering van de Ecodesign-norm, al vraagt van der Lee zich wel af wat de staatssecretaris van plan is met bestaande oude, zeer vervuilende installaties. Verder benoemt GroenLinks een verbod op het verstoken van chemisch bewerkt afvalhout als specifiek aandachtspunt. Marktplaats-advertenties waarbij verkopers slecht en bewerkt hout, zoals pallets, aanbieden zijn van der Lee een doorn in het oog. D66-Kamerlid Van Eijs merkt daarbij op dat het stoken van afvalhout in welke vorm dan ook reeds verboden is.
Tot slot zet ook GroenLinks vraagtekens bij de subsidie op bepaalde vormen van houtstook: “Er worden nu dingen gesubsidieerd die we echt niet meer moeten subsidiëren.”
Ook Cem Laçin (SP) benadrukt dat houtstook niet duurzaam is en er veel schadelijke stoffen vrijkomen, zoals fijnstof en benzeen. De SP ontvangt “steeds meer berichten van mensen die vooral in de wintermaanden hun ramen noodgedwongen dicht moeten houden en nauwelijks buiten komen, omdat ze het benauwd krijgen van de houtrook.” Het verbaast de partij dan ook dat de staatssecretaris houtrook benoemt als lokaal probleem, terwijl “we hier te maken hebben met een landelijk probleem”.
De SP legt specifieke nadruk op voorlichting: “De staatssecretaris wijst vooral op de manier van stoken en het moment van stoken, terwijl voorlichting wat ons betreft de focus moet leggen op luchtvervuiling en de gevolgen voor omgeving en gezondheid.” De partij wil dan ook ontmoediging van houtstook. Voorlichting dient zich vooral ook te richten op het algemene publiek, aldus Laçin. “Want we weten dat wanneer de energierekening omhooggaat, er een toevlucht plaatsvindt op houtkachels.” Ook vraagt de SP zich af wat er met oudere houtkachels gaat gebeuren, aangezien de Ecodesign-richtlijn daar geen betrekking op heeft.
Roy van Aalst (PVV) laat weten het debat “bizar” te vinden: “Nihil zijn de gevolgen voor het milieu als het stoken met hout aan banden wordt gelegd.” Hoewel de PVV van mening is dat “je elke klacht serieus moet nemen”, ziet de partij totaal geen mankracht bij de ILT (Inspectie Leefomgeving en Transport) om als “kachelpolitie” te handhaven.
Volgens Jessica Van Eijs (D66) zijn houtkachels gezellig, maar kunnen ze voor veel overlast zorgen in de naaste omgeving als “je ze verkeerd gebruikt door geverfd bouwafval of oude meubels te verbranden”, of als je geen rekening houdt met de windrichting. D66 is daarom ook voor “slimmer en verantwoorder stoken”.
Van Eijs denkt dat het slimmer is om “met de kachelbranche en andere betrokken partijen een campagne op te zetten” dan de verantwoordelijkheid voor voorlichting bij gemeenten te leggen. Daarnaast wil de partij graag onderzoek naar bronbeleid, ofwel verdere vermindering van uitstoot door bijvoorbeeld certificering van schoorsteenvegers, zoals in Duitsland, of “het gebruik van verbeterde roetfilters of afvoeren”.
Maurits von Martels (CDA) noemt goed een stoken “een ambacht”. De partij vindt dat er veel verbetering plaats kan vinden “door geen nat hout te stoken, niet te stoken bij mistig of windstil weer en door altijd de Zwitserse stapelmethode te gebruiken.”
Verder schrikt het CDA van 2.000 schoorsteenbranden per jaar. De partij wil graag bekijken hoe ervoor te zorgen dat mensen “veilig kunnen stoken”, door bijvoorbeeld alleen erkende installateurs installaties te laten aanleggen. Houtstook ontmoedigen hoeft niet, aldus von Martels: “Het accent moet gelegd worden op een juiste wijze van stoken.”
Carla Dik-Faber (ChristenUnie) zet uiteen dat “zowel het Longfonds als de GGD al een tijd waarschuwt voor de negatieve gezondheidseffecten van houtrook”. Bovendien heeft houtstook negatieve effecten op het milieu. “Maar veel is te voorkomen door goed te stoken”, aldus Dik-Faber.
Naast het stookalarm is de ChristenUnie benieuwd wat “de staatssecretaris vindt van een plaatselijk stookverbod bij windstil en mistig weer, zoals in Duitsland”. En hoe zij aankijkt tegen de introductie van houtrookvrije buurten. Verder vraagt Dik-Faber ook aandacht voor bronbeleid naar Duits voorbeeld.
Erik Ziengs (VVD) volgt de aanbevelingen van de staatssecretaris. Verder is de VVD van mening dat mensen, door overlast met hun buren te bespreken, wel tot een oplossing zouden moeten kunnen komen. “We houden van stoken, we houden van vuurtjes, we genieten daarvan met elkaar. Samen kom je er dus vast wel uit.”
Volgens staatssecretaris Stientje van Veldhoven (D66) wordt overlast vaak veroorzaakt door slecht stoken of stoken bij windstil of mistig weer. “Dat leidt dan tot hoge concentraties fijnstof in de lucht en er zijn inderdaad echt mensen die bijvoorbeeld een longziekte hebben en die daar dan door worden geraakt.”
Het meetinstrument van TNO zal geen landelijk kader zijn met dezelfde concentratie, “want het maakt echt uit of je in een rijtjeshuis woont in een drukke, dichtgebouwde stedelijke omgeving of wanneer je in een heel landelijke omgeving woont.” Zij benadrukt dan ook dat “de problematiek verschilt per gemeente” en oplossingen primair aan de lokale overheid zijn.
Verder is er onduidelijkheid in de Kamer over het aantal houtkachels in Nederland. Volgens de staatssecretaris neemt het totaalaantal kachels af en het aantal pelletkachels wat toe. Het CBS en de kachelbranche zijn op dit moment in overleg over de cijfers.
Stichting HoutrookVrij heeft de meest recente cijfers bij het CBS er op nagekeken en het aantal stookinstallaties zit zeker de afgelopen jaren weer in de lift, met name door een zeer sterke stijging van het aantal vrijstaande houtkachels.
Qua bronbeleid zijn er met filters “op dit moment nog wisselende ervaringen”, aldus van Veldhoven. Kosteneffectiviteit vindt zij belangrijk. “In de context waarin we met elkaar proberen om de energierekening van mensen niet onnodig te laten oplopen, moet je je ook afvragen of het verplicht laten installeren van een heel duur filter proportioneel is ten opzichte van de winst die je daarmee boekt.”
De ChristenUnie vraagt zich af hoe relevant de energierekening is, “omdat de meeste mensen een houtkachel niet gebruiken voor hun warmtevoorziening, maar gewoon als luxeproduct”. Van Veldhoven merkt op dat sommige mensen juist nadrukkelijk hout stoken voor de warmtevoorziening. “Daar kunnen ook goede redenen voor zijn.”
Wat betreft oude installaties meent de staatssecretaris dat deze “in de loop van de tijd worden vervangen”. Door de regels voor nieuwe kachels aan te scherpen “worden ze dan dus versneld vervangen door schonere kachels.” Volgens GroenLinks kun je op dit moment nog 100 jaar oude kachels kopen. De staatssecretaris vindt dat overlast per specifiek geval aandacht vergt, “want niet alles wat 100 jaar oud is, is per definitie slecht”.
In de evaluatie van de subsidie voor pelletkachels “moeten we bijvoorbeeld kijken in welke mate deze subsidie zorgt voor de vervanging van oudere, vuilere kachels door kachels met minder fijnstofuitstoot”. Daarbij dient ook te worden of door meer stoken de fijnstofuitstoot gelijk blijft en of er misschien effecten zijn op andere onderdelen van de uitstoot, aldus van Veldhoven.
De staatssecretaris geeft aan de kachelbranche te betrekken bij voorlichting. Zij belooft dat voorlichting zich ook richt op bewustwording. “Dan beginnen we bij voorlichting over wat houtrook doet met de gezondheid van mensen zelf en met hun omgeving. Daarmee hopen we bij een breder publiek awareness te creëren.”
Ontmoediging wil van Veldhoven echter niet van weten. “Als je een ontmoedigingsbeleid gaat voeren voor mensen die nu zo’n kachel gebruiken voor de verwarming, dan zeg je eigenlijk tegen die mensen: verwarm je huis maar wat minder. Dat vind ik een ingewikkelde boodschap.”
Eind 2020 vindt evaluatie plaats van pilots met houtrookvrije buurten in de provincie Utrecht en gemeente Utrecht. Tot slot verwacht de staatssecretaris nog nadere adviezen van het Platform Houtrook en Gezondheid, waarbij bij het beoordelen “steeds effect, effectiviteit en draagvlak” voor van Veldhoven belangrijke criteria zijn.
Klik hier om de video terug te kijken.
Klik hier om het volledige transcript (stenogram) terug te lezen.
Partijen die niet in deze samenvatting staan vermeld hebben niet deelgenomen aan het debat.